ESAB EPP-450 Plasma Power Source User manual

Type
User manual
0558007945 08/2014
Plasmavoe ding
Instructiehandleiding - NL
EPP-450
Dit apparaat werkt conform de beschrijving in deze handleiding en de bijbehorende labels en/of bladen wan-
neer het wordt geïnstalleerd, bediend, onderhouden en gerepareerd volgens de bijgeleverde instructies. Dit ap-
paraat moet periodiek worden gecontroleerd. Een slecht werkend of verkeerd onderhouden apparaat mag niet
worden gebruikt. Gebroken, ontbrekende, versleten, vervormde of besmette onderdelen moeten onmiddellijk
worden vervangen. Als een dergelijke reparatie of vervanging nodig is, raadt de fabrikant u aan om telefonisch
of schriftelijk een serviceaanvraag in te dienen bij de erkende distributeur, of bij wie u het apparaat hebt aan-
geschaft.
Dit apparaat en de bijbehorende onderdelen mogen niet zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van
de fabrikant worden gewijzigd. De gebruiker van dit apparaat is zelf verantwoordelijk voor defecten die ont-
staan vanwege onjuist gebruik, verkeerd onderhoud, schade, verkeerde reparatie of wijzigingen door iemand
anders dan de fabrikant of een servicefaciliteit die door de fabrikant is aangewezen.
ZORG DAT U DEZE INFORMATIE DOORGEEFT AAN DE BEDIENER
VAN DIT APPARAAT.
BIJ UW LEVERANCIER KUNT U EXTRA EXEMPLAREN KRIJGEN.
Deze instructies zijn voor ervaren bedieners. Als u niet bekend bent met de principes van
de bediening en veilige werking van booglassen en -snijden, raden wij u dringend aan om
ons boekje “Precautions and Safe Practices for Arc Welding, Cutting, and Gouging,” for-
mulier 52-529 door te lezen. Laat ongetraind personeel dit apparaat NIET installeren, be-
dienen of onderhouden. Probeer dit apparaat NIET te installeren of te bedienen voordat
u deze instructies volledig hebt gelezen en begrepen. Als u deze instructies niet helemaal
begrijpt, neemt u contact op met de leverancier voor meer informatie. Lees de veiligheids-
voorschriften voordat u dit apparaat installeert of bedient.
LET OP
VERANTWOORDELIJKHEID VAN DE GEBRUIKER
LEES EN BEGRIJP DE INSTRUCTIEHANDELING VOORDAT U HET APPARAAT BEDIENT.
BESCHERM UZELF EN ANDEREN!
4
5
INHOUDSOPGAVE
1.0 Voorzorgsmaatregelen ................................................................................7
2.0 Beschrijving...........................................................................................9
2.1 Inleiding..........................................................................................9
2.2 Algemene specicaties ...........................................................................9
2.3 Afmetingen en gewichten .......................................................................10
3.0 Installeren ...........................................................................................11
3.1 Algemeen.......................................................................................11
3.2 Uitpakken .......................................................................................11
3.3 Plaatsen .........................................................................................11
3.4 Voedingsaansluiting .............................................................................12
3.4.1 Primaire voeding...........................................................................12
3.4.2 Voedingsgeleiders.........................................................................13
3.4.3 Procedure voor het aansluiten van de voedingskabel .......................................13
3.5 Uitgangsaansluiting .............................................................................14
3.5.1 Uitgangskabels (door de klant geleverd)....................................................14
3.5.2 Procedure voor het aansluiten van de uitgangskabel - enkele voeding.......................14
3.6 Parallelle installatie ..............................................................................15
3.6.1 Parallelle aansluitingen voor twee EPP-450’s ...............................................16
3.6.2 Markeren met twee parallelle EPP-450’s....................................................19
3.7 Interfacekabels.................................................................................. 20
3.7.1 CNC-interfacekabels met bijpassende voedingsconnector en
klemloze CNC-interface ....................................................................21
3.7.2 CNC-interfacekabels met bijpassende voedingsconnectors aan beide uiteinden ............21
3.7.3 Waterkoelerinterfacekabels met bijpassende voedingsconnectors aan beide uiteinden .... 22
4.0 Bediening .......................................................................................... 23
4.1 Beschrijving van het blokschemacircuit.......................................................... 23
4.2 Bedieningspaneel .............................................................................. 26
4.2.1 Bedieningswijzen: snij- en markeermodus ................................................ 29
4.3 Bedieningsstappen ............................................................................. 30
4.4 Arc Initiation Settings ............................................................................31
4.4.1 Boogstartinstellingen inschakelen / uitschakelen ............................................32
4.4.2 Boogstartvertragingstijd instellen ..........................................................32
4.4.3 De minimale aanloopstroom instellen......................................................32
4.4.4 Boogstartregelaars ........................................................................33
4.4.5 Aanloopstroom en upslope-timer..........................................................33
4.5 EPP-450 V-I curven.............................................................................. 34
4.5.1 EPP-450 V-I curven voor alle modellen..................................................... 34
5.0 Onderhoud ..........................................................................................35
5.1 Algemeen .......................................................................................35
5.2 Reiniging........................................................................................35
5.3 Smering........................................................................................ 36
Hoofdstuk / Titel Bladzijde
6
INHOUDSOPGAVE
6.0 Verhelpen van storingen .............................................................................37
6.1 Algemeen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .37
6.2 Storingslampjes .................................................................................37
6.3 Storingsdiagnose ............................................................................... 40
6.3.1 Geen vermogen met afgegeven contactgeversignaal ...................................... 40
6.3.2 Vermogen beperkt tot 100A .............................................................. 40
6.3.3 Ventilatoren werken niet.................................................................. 40
6.3.4 Voeding niet ingeschakeld of lage spanning................................................41
6.3.5 Storingslampje brandt.....................................................................41
6.3.6 Snijbrander kan niet worden ontstoken ................................................... 45
6.3.7 Zekering F1 en F2 doorgeslagen .......................................................... 46
6.3.8 Intermitterende, onderbroken of gedeeltelijke werking .................................... 46
6.4 Testen en vervangen van componenten ......................................................... 48
6.4.1 Gelijkrichters ............................................................................. 49
6.4.2 Vervangen van IGBT / vrijloopdiode (FWD) .................................................51
6.4.3 Parallelle installatie ........................................................................53
6.4.4 Kalibratietestprocedure voor digitale meters .............................................. 54
6.5 Regelcircuitinterface met behulp van J1 en J6 connectors........................................ 54
6.6 Aanvullend hoofdcontactgever (K3) en vaste contactgevercircuits................................ 56
6.7 Activeringscircuit voor hoofdcontactgever (K1A, K1B en K1C) ..................................... 57
6.8 Boogstroomdetectorcircuits .................................................................... 58
6.9 Stroomregelpotentiometer en Vref van afstandsbediening ........................................59
6.10 Ontstekingsboog HI / LO en snij-/markeercircuits................................................ 60
6.11 Lage stroombereik..............................................................................61
7.0 Reserveonderdelen ................................................................................. 63
7.1 Algemeen ...................................................................................... 63
7.2 Bestellen ....................................................................................... 63
Hoofdstuk / Titel Bladzijde
7
HOOFDSTUK 1 VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
1.0 Veiligheidsvoorschriften
Gebruikers van ESAB-las- en plasmasnijapparaten moeten er zelf voor zorgen dat iedereen die met of in de buurt
van het apparaat werkt zich aan de betreende veiligheidsvoorschriften houdt. De veiligheidsvoorschriften
moeten aan de eisen voor dit type las- of plasmasnijapparaat voldoen. Houd u aan de volgende aanbevelingen
en aan de standaardreguleringen die voor de werkplek gelden.
Het werk moet worden uitgevoerd door getraind personeel dat goed bekend is met de bediening van las- of
plasmijsnijapparaten. Onjuiste bediening van de apparatuur kan leiden tot gevaarlijke situaties, die kunnen
leiden tot persoonlijk letsel en schade aan het apparaat.
1. Iedereen die las- of plasmasnijapparaten gebruikt, moet bekend zijn met:
- de bediening
- de plaats van noodstop
- de werking
- de relevante veiligheidsvoorschriften
- lassen en/of plasmasnijden
2. Degene die het apparaat bedient, moet ervoor zorgen dat:
- er zich geen ongeautoriseerd personeel in het werkgebied van het apparaat bevindt wanneer dit wordt
opgestart
- niemand onbeschermd is wanneer de boog wordt gestart
3. Het werkgebied moet:
- geschikt zijn voor het doel
- vrij zijn van tocht
4. Artikelen voor uw persoonlijke veiligheid:
- Draag altijd de aanbevolen artikelen voor persoonlijke veiligheid, zoals een veiligheidsbril,
vlambestendige kleding en veiligheidshandschoenen.
- Draag geen loszittende artikelen, zoals dassen, armbanden, ringen, enz. Deze kunnen verstrikt raken en
brandwonden veroorzaken.
5. Algemene voorzorgsmaatregelen:
- Zorg dat de retourkabel veilig is aangesloten.
- Werkzaamheden met apparatuur van een hoog voltage mogen alleen door een gekwaliceerde
elektricien worden uitgevoerd.
- De juiste brandblusapparatuur moet duidelijk zijn aangegeven en binnen handbereik staan.
- Tijdens de bediening van het apparaat mag geen smering en onderhoud worden uitgevoerd.
De IP-code geeft de behuizingsklasse aan, bijv. de bestendigheid tegen doordringing van vaste voorwerpen
of water. Het is bestendig tegen vingeraanrakingen, doordringing van vaste voorwerpen die groter zijn dan
12 mm en opspattend water tot 60 graden vanaf een verticaal oppervlak. Apparatuur met de markering IP23S
mag buiten worden opgeslagen, maar is niet bedoeld voor gebruik buitenshuis bij neerslag tenzij de appara-
tuur is afgeschermd.
Behuizingsklasse
15°
Maximale
toegestane
schuine stand
Wanneer de apparatuur op een schuin op-
pervlak met een helling van meer dan 1
wordt geplaatst, kan deze omkiepen. Dit
kan persoonlijk letsel en/of ernstige schade
aan de apparatuur tot gevolg hebben.
WAARSCHUWING
8
HOOFDSTUK 1 VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
LASSEN EN PLASMASNIJDEN KUNEN PERSOONLIJK LETSEL EN LETSEL BIJ
ANDEREN VEROORZAKEN. NEEM VOORZORGSMAATREGELEN WANNEER
U LAST OF SNIJDT. VRAAG UW WERKGEVER WELKE MAATREGELEN U
MOET TREFFEN, OP BASIS VAN DE RISICOGEGEVENS VAN DE FABRIKANT.
ELEKTRISCHE SCHOK - kan dodelijk zijn.
- Installeer en aard de las- of plasmasnijunit volgens de geldende normen.
- Raak geen elektrische onderdelen of elektrodes die onder stroom staan met de blote huid, natte hand
schoenen of natte kleding aan.
- Isoleer uzelf van de aarde en het werkstuk.
- Zorg voor een goede werkhouding.
ROOK EN GAS - kunnen gevaarlijk voor de gezondheid zijn.
- Houd uw hoofd uit de rook.
- Gebruik ventilatie of boogextractie, of beide, om rook en gassen uit de ademzone en de algemene ruimte
te verwijderen.
BOOGSTRALEN - kunnen letsel aan ogen en huid veroorzaken.
- Bescherm uw lichaam en uw ogen. Gebruik het juiste las/plasmasnijscherm en lterlens, en draag bescher
- mende kleding.
- Bescherm omstanders met geschikte schermen of gordijnen.
BRANDGEVAAR
- Vonken (spatten) kunnen brand veroorzaken. Zorg daarom dat er geen ontvlambare materialen in de
buurt staan.
LAWAAI - te veel lawaai kan het gehoor beschadigen.
- Bescherm uw oren. Gebruik oorbeschermers of een andere gehoorbescherming.
- Wijs omstanders op het risico.
DEFECTEN - bel voor assistentie van een expert als het apparaat defect is.
LEES EN BEGRIJP DE INSTRUCTIEHANDELING VOORDAT U HET APPARAAT BEDIENT.
BESCHERM UZELF EN ANDEREN!
WAARSCHUWING
Dit product is uitsluitend bedoeld voor plasmasnijden. Elk
ander gebruik kan persoonlijk letsel en/of schade aan de
apparatuur tot gevolg hebben.
WAARSCHUWING
Ter voorkoming van persoonlijk letsel en/of
schade aan de apparatuur, zijn hier de wijze
waarop getild moet worden en de bevesti-
gingspunten afgebeeld.
WAARSCHUWING
9
HOOFDSTUK 2 BESCHRIJVING
2.1 Inleiding
De EPP-voeding is ontworpen voor het markeren en machinaal plasmasnijden met hoge snelheid. Het kan wor-
den gebruikt in combinatie met andere ESAB-producten zoals de PT-15-, PT-19XLS-, PT-600- en PT-36-snijbran-
ders alsmede met de Smart Flow II, een geautomatiseerd gasregel- en -schakelsysteem.
• 10 tot 100 ampère voor het markeren in het lage stroombereik
• 50 tot 450 ampère voor snijden in het hoge stroombereik
• 35 tot 100 ampère voor het snijden in het lage stroombereik
• Ventilatorlucht gekoeld
• Vaste gelijkspanningsbron
• Ingangsspanningsbeveiliging
• Plaatselijk of op afstand bediend frontpaneel
• Thermoschakelaarbeveiliging voor hoofdtransformator en vermogenshalfgeleidercomponenten
• Hijsogen aan de bovenkant of vorkheftruckspeling aan de onderkant voor transport
• Mogelijkheden voor aanvullende parallel geschakelde voedingen om het stroomafgiftebereik te ver-
hogen.
2.2 Algemene specicaties
EPP-450 Ingangs-/uitgangsspecicaties
Onderdeelnummer
EPP-450
380V 50/60HZ
380V TAPS
EPP-450
380V 50/60HZ
400V TAPS
EPP-450
400V 50/60HZ
EPP-450
460V 60HZ
EPP-450
575V 60HZ
0558007730 0558007731 0558007732
Ingangsspanning (3-fase) 380VAC 380VAC 400VAC 460VAC 575VAC
Ingangsstroom (3-fase) 167A RMS 167A RMS 159A RMS 138A RMS 110A RMS
Ingangsfrequentie 50/60 HZ 50/60 HZ 50/60 HZ 60 HZ 60 HZ
Ingang-KVA 109.9 KVA 109.9 KVA 110.2 KVA 110.0 KVA 109.6 KVA
Ingangsvermogen 98.9 KW 98.9 KW 99.1 KW 99.0 KW 98.6 KW
Ingangsvermogensfactor 90% 90% 90% 90% 90%
Aanbevolen ingangsvermogens-
kabel
*2/0 AWG *2/0 AWG *2/0 AWG *1/0 AWG *2/0 AWG
Ingangszekering (aanbevolen) 200A 200A 200A 200A 150A
Vermogen nullastspanning (OCV)
(snijden in hoog spanningsbe-
reik)
430VDC 406VDC 427VDC 431VDC 431VDC
Vermogen nullastspanning (OCV)
(snijden in laag spanningsbereik)
414VDC 393VDC 413VDC 415VDC 415VDC
Vermogen nullastspanning (OCV)
(markeren)
360VDC 342VDC 369VDC 360VDC 360VDC
Vermogen snijden hoog bereik
(100% arbeidscyclus)
50A @ 100V TOT 450A @ 200V
Vermogen snijden laag bereik
(100% arbeidscyclus)
35A @ 94V TOT 100A @ 120V
Vermogen markeren laag bereik
(100% arbeidscyclus)
10A @ 84V TOT 100A @ 120V
Uitgangsvermogen (100%
arbeidscyclus)
90 KW
* Zekeringmaten volgens de National Electrical Code voor een 90 °C (194 °F) nominale koperen geleider bij een omge-
vingstemperatuur van 40 °C (104 °F). Niet meer dan drie geleiders per aanvoerkanaal of kabel. De plaatselijke voorschrif-
ten moeten worden opgevolgd als daarin andere maten worden vermeld dan de hierboven genoemde maten.
10
HOOFDSTUK 2 BESCHRIJVING
2.3 Afmetingen en gewichten
Gewicht = 850 kg. (1870 lbs.)
1143 mm
45.00
946 mm
37.25
1022 mm
40.25”
11
HOOFDSTUK 3 INSTALLEREN
3.1 Algemeen
HET NIETOPVOLGEN VAN DE INSTRUCTIES KAN FA
TAAL LETSEL OF MATERIËLE SCHADE VEROORZAKEN.
VOLG DEZE INSTRUCTIES OP OM LETSEL OF MATERIËLE
SCHADE TE VOORKOMEN. U MOET ZICH HOUDEN AAN
DE PLAATSELIJKE, REGIONALE EN NATIONALE ELEK
TRISCHE EN VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN.
WAARSCHUWING
3.2 Uitpakken
Als slechts één hijsoog wordt gebruikt, kunnen de metalen
plaat en het frame worden beschadigd.
Gebruik altijd beide hijsogen bij bovenhoofds transport.
CAUTION
• Controleer het product op transportschade direct bij ontvangst.
• Verwijder alle onderdelen uit de verzendcontainer en controleer of er losse onderdelen in de container
aanwezig zijn.
• Inspecteer luchtroosters en verwijder eventuele blokkeringen.
3.3 Plaatsen
Opmerking:
Gebruik beide hijsogen bij bovenhoofds transport.
• Zorg voor een minimumspeling van 1 meter (3 ft.) aan de voor- en achterkant voor een goede lucht-
koeling.
• Houd er rekening mee dat de bovenste en zijpanelen moeten worden verwijderd voor onderhouds-,
reinigings- en inspectiewerkzaamheden.
• Plaats de EPP-450 zo dicht mogelijk bij een stroomvoorziening met de juiste zekering.
• Houd de ruimte onder de voeding vrij voor koellucht.
• De omgeving moet relatief vrij zijn van stof, rook en overmatige hitte. Deze factoren zijn van invloed
op het koelrendement.
Geleidende stof en vuil binnenin de voeding kunnen leiden tot
boogoverslag.
Daardoor kan materiële schade ontstaan. Kortsluiting kan ont-
staan als de stof zich kan ophopen binnenin de voeding. Zie het
hoofdstuk Onderhoud.
VOORZICHTIG
VOORZICHTIG
12
HOOFDSTUK 3 INSTALLEREN
3.4 Voedingsaansluiting
ELEKTRISCHE SCHOKKEN KUNNEN DODELIJK ZIJN!
ZORG VOOR MAXIMALE BEVEILIGING TEGEN ELEKTRI
SCHE SCHOKKEN.
VOORDAT U AANSLUITINGEN BINNENIN DE MACHINE
MAAKT, OPEN DE WANDHOOFSCHAKELAAR OM DE
STROOM UIT TE SCHAKELEN.
WAARSCHUWING
3.4.1 Primaire voeding
De EPP-450 is een 3-fase-eenheid. Het ingangsvermogen moet worden geleverd door een (wand)hoofdschake-
laar met zekeringen of stroomonderbrekers die voldoen aan de plaatselijke voorschriften.
Een speciale voedingskabel kan noodzakelijk zijn.
De EPP-450 is uitgerust met netspanningscompensatie, maar om
een overbelasting van het circuit te voorkomen, kan een speciale
(aparte) voedingskabel noodzakelijk zijn.
OPMERKING
Ingangsstroom =
(V boog) x (I boog) x 0.688
(V net)
Gebruik de onderstaande formule om de ingangsstroom te berekenen voor een groot aantal verschillende vermogens.
Opm.:
raadpleeg de tabel onder “Algemene specicaties” in paragraaf 2.2
voor de aanbevolen kabel- en ingangszekeringsmaten.
13
• Door de klant geleverd
• Kan bestaan uit met zwaar rubber afgedekte koperen geleiders (drie stroom en één aarde) of zijn on-
dergebracht in een starre of exibele kabelbuis.
• Voor de maten zie de tabel onder “Algemene specicaties” in paragraaf 2.2.
3.4.2 Voedingsgeleiders
Voedingsgeleiders moeten worden afgeklemd met ringklemmen
die geschikt zijn voor 12,7 mm (0,50”) bevestigingsmaterialen
voordat deze worden aangesloten op de EPP-450.
OPMERKING
1. Verwijder het linker zijpaneel van de EPP-450.
2. Leid de kabels door de toegangsopening in het achterpa-
neel.
3. Maak de kabels vast met de trekontlasting bij de toegangs-
opening.
4. Sluit de massakabel aan op het chassiscontactpunt.
5. Sluit de ringklemmen van de voedingskabel aan op de primai-
re klemmen met de meegeleverde bouten, onderlegringen
en moeren.
6. Sluit de voedingsgeleiders aan op de (wand)hoofdschakelaar.
3.4.3 Procedure voor het aansluiten van de voedingskabel
1
3
2
1 = Primaire klemmen
2 = Chassismassaverbinding
3 = Toegangsopening voor voedingskabel (achterpaneel)
HOOFDSTUK 3 INSTALLEREN
Controleer de speling tussen de ringklemmen van de voedings-
kabels en het zijpaneel. De bussen van sommige grote klemmen
kunnen zeer dicht bij het zijpaneel komen of daarmee contact
maken als de klem verkeerd wordt gemonteerd. De bussen van
de klemmen die op TB4 en TB6 zijn aangesloten, moeten wor-
den gedraaid zodat zij van het zijpaneel af gericht zijn.
VOORZICHTIG
14
ELEKTRISCHE SCHOKKEN KUNNEN DODELIJK ZIJN!
RINGKLEMMEN MOETEN VOLDOENDE SPELING HEBBEN
TUSSEN HET ZIJPANEEL EN DE HOOFDTRANSFORMATOR.
DE SPELING MOET VOLDOENDE ZIJN OM MOGELIJKE VONK
VORMING TE VOORKOMEN. ZORG ERVOOR DAT DE KABELS
DE DRAAIING VAN DE KOELVENTILATOR NIET BELEMME
REN.
ONJUISTE AARDING KAN LEIDEN TOT FATAAL LETSEL.
HET CHASSIS MOET ZIJN AANGESLOTEN OP EEN GOEDGE
KEURDE ELEKTRISCHE AARDE. ZORG ERVOOR DAT DE MAS
SAKABEL NIET IS AANGESLOTEN OP EEN PRIMAIRE KLEM.
ELEKTRISCHE SCHOKKEN KUNNEN DODELIJK ZIJN! GE
VAARLIJKE SPANNING EN STROOM!
TELKENS WANNEER U NABIJ EEN PLASMAVOEDING WERKT
WAARVAN DE AFDEKPLATEN ZIJN VERWIJDERD:
• SCHAKEL DE STROOM UIT MET DE (WAND)HOOFD-
SCHAKELAAR.
• LAAT DE UITGANGSRAILS (POSITIEF EN NEGATIEF)
DOOR EEN DESKUNDIGE CONTROLEREN MET EEN
VOLTMETER.
3.5 Uitgangsaansluitingen
WAARSCHU
WING
3.5.1 Uitgangskabels (door de klant geleverd)
Kies de plasmasnijuitgangskabels (door de klant geleverd) op basis van één 4/0 AWG, 600 volt geïsoleerde kope-
ren kabel voor elke 400 ampère uitgangsstroom. Voor 450 A, 100% snijcyclus, moeten twee parallelle 2/0 AWG,
600 V-kabels worden gebruikt.
Opm.:
gebruik geen 100 volt geïsoleerde laskabel.
HOOFDSTUK 3 INSTALLEREN
3.5.2 Procedure voor het aansluiten van de uitgangskabel - enkele voeding
1. Verwijder het toegangspaneel onder aan de voorkant van de voeding.
2. Leid de uitgangskabels door de openingen aan de onderkant van het frontpaneel of aan de onderkant van de voeding
direct achter het frontpaneel.
3. Sluit de kabels aan op de speciale klemmen die zich binnenin de voeding bevinden met UL-goedkeurde draadklem-
men.
4. Plaats het paneel dat bij de eerste stap werd verwijderd, weer terug.
WAARSCHU
WING
WAARSCHU
WING
15
HOOFDSTUK 3 INSTALLEREN
Open toegangspaneel
Twee EPP-450-voedingen kunnen parallel worden aangesloten om het uitgangsstroombereik te verhogen.
3.6 Parallelle installatie
VOORZICHTIG
Gebruik slechts één voeding voor snijwerkzaamheden bij min-
der dan 100A.
Wij raden u aan de negatieve kabel van de aanvullende voeding
los te koppelen als u overschakelt naar minder dan 100A. Deze
kabel moet goed zijn geïsoleerd om bescherming te bieden te-
gen elektrische schokken.
Voeding
ontstekingsboog
* 2 - 2/0 AWG 600V
positieve kabels
naar werkstuk
1 - 14 AWG 600V
kabel naar ontste-
kingsboogaanslui-
ting in boogstarter
(HF-generator)
EPP-450
* Twee parallelle 2/0 AWG-kabels worden aanbevo-
len voor de 450A 100%-bedrijfscyclus. Voor gebruik
bij of minder dan 400A 100%-bedrijfscyclus kan één
4/0-kabel worden gebruikt. Ook voor gebruik bij 450
A en bij of minder dan 80%-bedrijfscyclus kan één
4/0-kabel worden gebruikt. Een bedrijfscyclus van
maximaal 80% betekent dat de voeding van elke 10
minuten niet langer dan 8 minutes wordt gebruikt.
* 2 - 2/0 AWG
600V
negatieve kabels
in boogstarter
(HF-generator)
werk
(+)
elektrode
(-)
16
HOOFDSTUK 3 INSTALLEREN
Opm.:
De primaire voeding heeft een jumper voor de elektrode (-) geleider.
De aanvullende voeding heeft een werk (-) jumper.
1. Sluit de negatieve (-) uitgangskabels aan op de boogstarter (generator met hoge frequentie).
2. Sluit de positieve (+) uitgangskabels aan op het werkstuk.
3. Sluit de positieve (+) en negatieve (-) geleiders aan tussen de voedingen.
4. Sluit de ontstekingsboogkabel aan op de ontstekingsboogklem van de primaire voeding. De ontstekingsboogaansluiting
van de aanvullende voeding wordt niet gebruikt. Het ontstekingsboogcircuit loopt niet parallel.
5. Zet de HIGH/LOW-ontstekingsboogschakelaar van de aanvullende voeding in de stand “LOW (LAAG)”.
6. Zet de HIGH/LOW-ontstekingsboogschakelaar van de primaire voeding in de stand “HIGH (HOOG)”.
7. Als een 0,00 tot +10,00 VDC-stroomreferentiesignaal van de afstandsbediening wordt gebruikt voor het instellen van de
uitgangsstroom, leid dan hetzelfde signaal naar beide voedingen. Sluit de J1-G (positief 0,00 tot 10,00 VDC) van beide
voedingen op elkaar aan en sluit de J1-P (negatief) van beide voedingen op elkaar aan. Bij gebruik van beide voedingen
kan de uitgangsstroom worden voorspeld met de volgende formule: [uitgangsstroom (A)] = [referentiespanning] x [100]
in het hoge stroombereik
ELEKTRISCHE SCHOKKEN KUNNEN DODELIJK ZIJN!
BLOOTLIGGENDE ELEKTRISCHE GELEIDERS KUNNEN GE
VAARLIJK ZIJN!
LAAT ELEKTRISCH “HETE“ GELEIDERS NIET BLOOTLIGGEN.
CONTROLEE R, BIJ HET LOSKOPPELEN VAN DE A ANVULLE NDE
VOEDING VAN DE PRIMAIRE VOEDING, OF DE JUISTE KABELS
ZIJN LOSGEKOPPELD. ISOLEER DE LOSGEKOPPELDE UITEIN
DEN.
ALS SLECHTS ÉÉN VOEDING IN EEN PARALLELLE CONFIGU
RATIE WORDT GEBRUIKT, MOET DE NEGATIEVE ELEKTRODE
GELEIDER WORDEN LOSGEKOPPELD VAN DE AANVULLENDE
VOEDING EN DE LEIDINGDOOS. ALS DIT NIET GEBEURT, ZAL
DE AANVULLENDE VOEDING ELEKTRISCH “HEET” BLIJVEN.
WAARSCHUWING
GEBRUIK DE EPP450 NIET ALS DE AFDEKPLATEN ZIJN VER
WIJDERD.
BLOOTLIGGENDE HOOGSPANNINGSCOMPONENTEN VOR
MEN EEN VERHOOGD GEVAAR VAN ELEKTRISCHE SCHOK
KEN.
INTERNE COMPONENTEN KUNNEN WORDEN BESCHADIGD
OMDAT DE KOELVENTILATOREN MINDER EFFICIËNT WER
KEN.
De EPP-450 is niet uitgerust met een AAN/UIT-schakelaar. De netvoeding wordt geregeld met de (wand)hoofdschakelaar.
3.6.1 Parallelle aansluitingen voor twee EPP-450’s
17
HOOFDSTUK 3 INSTALLEREN
De onderstaande aansluitingen zijn geschikt voor parallel gebruik tot 800 A bij 100% bedrijfscyclus of 900A bij
of lager dan 80% bedrijfscyclus. 80%-bedrijfscyclus betekent dat de boog van elke 10 minuten 8 minuten is
ingeschakeld.
Aanvullende
voeding
Primaire
voeding
werk
(+)
elektrode
(-)
ontstekingsboog
3 - 2/0 AWG 600V
positieve kabels
naar werkstuk
1 - 14 AWG 600V
kabel naar ontstekings-
boogaansluiting in boog-
starter (HF-generator)
3 - 2/0 AWG 600V
negatieve kabels
in boogstarter
(HF-generator)
EPP-450 EPP-450
werk
(+)
elektrode
(-)
2/0 AWG 600V
kabeljumpers
tussen eenheden
Aanvullende
voeding
Primaire
voeding
werk
(+)
elektrode
(-)
ontstekingsboog
2 - 4/0 600V
positieve kabels
naar werkstuk
1 - 14 AWG 600V
kabel naar ontstekings-
boogaansluiting in boog-
starter (HF-generator)
2 - 4/0 600V
negatieve kabels
in boogstarter
(HF-generator)
EPP-450 EPP-450
werk
(+)
elektrode
(-)
Aansluitingen voor de parallelle installatie van twee EPP-450 voedingen die beide ingeschakeld zijn.
Raadpleeg het onderstaande aansluitschema voor 100%-bedrijfscyclus bij meer dan 800 A.
18
HOOFDSTUK 3 INSTALLEREN
Aansluitingen voor de parallelle installatie van twee EPP-450 voedingen met slechts één voeding ingeschakeld.
Aansluitingen voor het gebruik van slechts één voeding tot max. 400A, 100% bedrijfscyclus of 450A tot max.
80% bedrijfscyclus. Een bedrijfscyclus van maximaal 80% betekent dat de voeding van elke 10 minuten niet
langer dan 8 minutes wordt gebruikt.
Aanvullende
voeding
Primaire
voeding
2 - 4/0 600V
positieve kabels
naar werkstuk
2 - 4/0 600V
negatieve kabels
in boogstarter
(HF-generator)
Koppel de negatieve
aansluiting los van de
aanvullende voeding
en isoleer deze voor
de omschakeling van
twee naar één voe-
ding
EPP-450 EPP-450
3.6.1 Parallelle aansluitingen voor twee EPP-450’s (vervolg)
werk
werk
elektrode
elektrode
19
HOOFDSTUK 3 INSTALLEREN
De onderstaande aansluitingen zijn geschikt voor gebruik van één enkele voeding bij max. 450A en max. 100%-
bedrijfscyclus.
Aanvullende
voeding
Primaire
voeding
3 - 2/0 AWG 600V
positieve kabels
naar werkstuk
3 - 2/0 AWG 600V
negatieve kabels in boog-
starter (HF-generator)
Koppel de negatieve aanslui-
ting los van de aanvullende
voeding en isoleer deze voor
de omschakeling van twee
naar één voeding
EPP-450 EPP-450
3.6.1 Parallelle aansluitingen voor twee EPP-450’s (vervolg)
Aansluitingen voor de parallelle installatie van twee EPP-450 voedingen met slechts één voeding ingeschakeld.
Twee EPP-450’s, parallel op elkaar aangesloten, kunnen worden gebruikt voor het markeren tot 20A en snijden van 100A
tot 900A. Twee eenvoudige wijzigingen kunnen worden aangebracht in de aanvullende voeding om markeren tot 10A
mogelijk te maken. De wijzigingen zijn alleen nodig als markeren met minder dan 20A vereist is.
PLAATSELIJKE WIJZIGINGEN OM MARKEREN TOT 10A MOGELIJK TE MAKEN:
1. WIJZIGINGEN VAN DE PRIMAIRE VOEDING: geen
2. WIJZIGINGEN VAN DE AANVULLENDE VOEDING:
A. Verwijder de WHT-draad uit de spoel van K12.
B. Verwijder de jumper tussen TB7-7 en TB7-8. De jumper is een verbinding die is aangebracht in de klemmenstrip.
OPM.:
Deze wijzigingen schakelen de stroomafgifte van de aanvullende voeding alleen uit in de Markeermo-
dus. De wijzigingen hebben geen invloed op de uitgangsstroom van de aanvullende voeding tijdens het
snijden met hoge of lage stroom (HIGH of LOW).
3.6.2 Markeren met twee parallelle EPP-450’s
werk
werk
elektrode
elektrode
20
HOOFDSTUK 3 INSTALLEREN
3.7 Interfacekabels
CNC-interface (24 geleiders)
3.6.2 Markeren met twee parallelle EPP-450’s (vervolg)
Waterkoelerinterface (8 geleiders)
GEBRUIK VAN TWEE PARALLELLE EPP-450’S:
1. Zorg voor de signalen Contactgever AAN/UIT, Snijden/markeren, Stroombereik High/Low naar zowel de primaire als
de aanvullende voeding. Stuur hetzelfde V
REF
-signaal naar beide voedingen.
2. Bij het markeren met parallelle voedingen, en de aanvullende voeding is niet gewijzigd, is de uitgangsstroomover-
drachtsfunctie de som van de overdrachtsfuncties voor elke voeding: I
OUT
= 20 x V
REF
. Elke voeding levert dezelfde
uitgangsstroom.
Bij het markeren met parallelle voedingen, en de aanvullende voeding is gewijzigd, is de stroomoverdrachtsfunctie
die van de primaire voeding: I
OUT
= 10 x V
REF
. Beide voedingen zullen zijn ingeschakeld als het contactgeversignaal aan-
wezig is, maar de uitgangsstroom van een gewijzigde aanvullende voeding is uitgeschakeld in de Markeermodus.
3. Bij het snijden met lage stroom is de stroomoverdrachtsfunctie de som van de overdrachtsfuncties voor elke voeding:
I
OUT
= 20 x V
REF
. Bij het snijden met een stroom van minder dan 100A, moet(en) de negatieve kabel(s) worden losge-
koppeld van de aanvullende voeding en moet ervoor worden gezorgd dat de klemmen ervan zijn geïsoleerd om
bescherming te bieden tegen elektrische schokken. Als de aanvullende voeding is losgekoppeld, is de stroomover-
drachtsfunctie die van de primaire voeding: I
OUT
= 10 x V
REF
.
4. Bij het snijden met hoge stroom is de stroomoverdrachtsfunctie de som van de overdrachtsfuncties voor elke voe-
ding: I
OUT
= 100 x V
REF
. Bij het snijden met een stroom van minder dan 100A, moet(en) de negatieve kabel(s) worden
losgekoppeld van de aanvullende voeding en moet ervoor worden gezorgd dat de klemmen ervan zijn geïsoleerd om
bescherming te bieden tegen elektrische schokken. Gebruik de snijmodus met lage stroom.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68

ESAB EPP-450 Plasma Power Source User manual

Type
User manual

Ask a question and I''ll find the answer in the document

Finding information in a document is now easier with AI

in other languages