12
Algemene instellingen voor de JD-XA
De menuschermen openen
1.
Druk op de [Menu]-knop.
2.
Gebruik de [K] [J]-cursorknoppen om het item te selecteren dat u wilt
bewerken en druk op de [Enter]-knop.
Het overeenkomstige bewerkingsscherm verschijnt.
3.
Gebruik de [K] [J]-cursorknoppen om de parameter te selecteren die u wilt
bewerken en gebruik vervolgens de [-] [+]-knoppen om de instelling van
die parameter te bewerken.
4.
Druk meermaals op de [Exit]-knop om terug te keren naar het
programmaselectiescherm.
Bewerkbare items
Menu
Cursor [
K
] [
J
]
Uitleg
SYSTEM Maak instellingen voor de gehele JD-XA.
PROGRAM EDIT Open het programmaparameterscherm.
PART EDIT Open het partijparameterscherm.
TONE EDIT Open het TONE EDIT-scherm van de momenteel geselecteerde partij.
EFFECTS EDIT Open het eectenbewerkingsscherm.
MIC EDIT Open het microfoonbewerkingsscherm.
LED CUSTOMIZE
Open een scherm waarin u kunt opgeven hoe de LED-lampjes op het
bovenpaneel moeten oplichten.
PATTERN UTIL Open het scherm voor het bewerken en instellen van patronen.
FAVORITE UTIL
Open het scherm waarin u favoriete instellingen kunt weergeven of
verwijderen.
UTILITY Open het menu met Utility-functies.
VERSION INFO Bekijk de softwareversie.
&
Raadpleeg de “Parameter Guide (Engels)” (PDF) voor meer informatie over
de parameters.
Systeeminstellingen uitvoeren (SYSTEM)
U kunt als volgt algemene instellingen uitvoeren voor de JD-XA zelf.
1.
Druk op de [Menu]-knop.
2.
Gebruik de [K] [J]-cursorknoppen om “SYSTEM” te selecteren en druk
vervolgens op de [Enter]-knop.
GENERAL:
LCD Contrast 10
3.
Houd de [Shift]-knop ingedrukt en gebruik de [K] [J]-cursorknoppen om
de menuoptie te selecteren die u wilt bewerken.
4.
Gebruik de [K] [J]-cursorknoppen om de parameter te selecteren die u wilt
bewerken en gebruik vervolgens de [-] [+]-knoppen om de instelling van
die parameter te bewerken.
5.
Druk meermaals op de [Exit]-knop om terug te keren naar het
programmaselectiescherm.
Menu
[Shift]+
Cursor [
K
] [
J
]
Parameter
Cursor [
K
] [
J
]
Waarde
[-] [+]
Uitleg
GENERAL
LCD Contrast 1–10 Past het contrast van het display aan.
Auto O
OFF, 30 min,
240 min
Geeft op of het apparaat automatisch zal worden
uitgeschakeld nadat een bepaalde tijdsduur is
verstreken.
Als u niet wilt dat het apparaat automatisch wordt
uitgeschakeld, kiest u de instelling “OFF”.
StartPrg
INT:A01–
USB:P16
Geeft het programmanummer op dat wordt
geselecteerd bij het opstarten.
Knob Mode
DIRECT,
CATCH
Wanneer u een regelaar bedient, geeft deze instelling
op of controlegegevens die overeenkomen met de
positie van de regelaar altijd worden verzonden
(DIRECT) of alleen worden verzonden nadat de
regelaar door de huidige waarde van de parameter
wordt verplaatst (CATCH).
LED Demo
OFF,
1 min–60 min
Geeft de tijd (minuten) op totdat de LED-demo wordt
weergegeven.
USB Drv
VENDOR,
GENERIC
Gebruik het specieke stuurprogramma van Roland.
MIDI en audio zijn beschikbaar (VENDOR).
Gebruik het standaardstuurprogramma van uw
besturingssysteem. Alleen MIDI is beschikbaar
(GENERIC).
Menu
[Shift]+
Cursor [
K
] [
J
]
Parameter
Cursor [
K
] [
J
]
Waarde
[-] [+]
Uitleg
KEY TOUCH
Velocity
REAL
De verzonden waarde voor de aanslagsnelheid komt
overeen met de kracht die u hebt gebruikt om de
toets aan te slaan.
1–127
De verzonden waarde voor de aanslagsnelheid ligt
vast, ongeacht de kracht die u hebt gebruikt om de
toets aan te slaan.
Velo Crv
LIGHT
Het klavier kan worden bediend met een lichtere
aanraking. Omdat u fortissimo () zult kunnen
bereiken zonder dat u harde aanslagen moet spelen
zoals bij de “MEDIUM”-instelling, kunt u het klavier
bedienen met een lichte aanraking. Dankzij deze
instelling kunnen mensen met minder vingerkracht
gemakkelijk het klavier bespelen.
MEDIUM
Dit is de standaardinstelling voor aanraking van het
klavier.
HEAVY
Het klavier is ingesteld op een zware aanraking. Omdat
u hardere aanslagen zult moeten gebruiken dan met
de “MEDIUM”-instelling om fortissimo ( ) te bereiken,
zal het klavier zwaarder aanvoelen. Dankzij deze
instelling kunt u uw speeldynamiek gebruiken om
meer expressie aan uw performances toe te voegen.
Velo Oset -10–+9
Past de snelheidscurve van het klavier aan.
Lagere waarden zorgen ervoor dat het klavier lichter
aanvoelt.
Hogere waarden zorgen ervoor dat het klavier
zwaarder aanvoelt.
After Sens 0–100
Geeft de gevoeligheid van de aftertouch op.
Als u deze waarde verhoogt, kunt u de aftertouch
gemakkelijker toepassen. Normaal gezien laat u deze
instelling op “100” staan.
PEDAL1
PEDAL2
Asgn Src
SYSTEM,
PROGRAM
Geeft op of de functie die door het pedaal wordt
bediend, bepaald wordt door de systeeminstelling
(SYSTEM) of door de instellingen van het programma
(PROGRAM).
Asgn
OFF Er is geen functie toegewezen.
CC01–31,
33–95
Controllernummer 1–31, 33–95
BEND-DOWN
Hetzelfde eect als wanneer de hendel van de
toonverbuiging naar links wordt verplaatst.
BEND-UP
Hetzelfde eect als wanneer de hendel van de
toonverbuiging naar rechts wordt verplaatst.
AFT Aftertouch
START/STOP
Start/stopt het patroon.
TAP-TEMPO
Hetzelfde eect als wanneer u op de [Tap]-knop op
het paneel drukt.
PROG-DOWN Wissel het programma naar het vorige nummer.
PROG-UP Wissel het programma naar het volgende nummer.
FAV-DOWN Wissel de favoriet naar het vorige nummer.
FAV-UP Wissel de favoriet naar het volgende nummer.
PANEL-DEC
Hetzelfde eect als wanneer u op de [-]-knop op het
paneel drukt.
PANEL-INC
Hetzelfde eect als wanneer u op de [+]-knop op het
paneel drukt.
Dest
PART-Select,
PART-On
Geeft op of de partij waarop het eect is toegepast,
bepaald wordt door de PART Select-instelling of
door de PART On-instelling (als CC, BEND of AFT is
geselecteerd).
Polarity STD, RVS
Selecteert de polariteit van de pedalen.
Afhankelijk van het pedaalmodel kan het resultaat
van het indrukken of loslaten van het pedaal het
tegenovergestelde eect hebben van wat u verwacht.
Als dit het geval is, drukt u op de “RVS”-instelling. Als
u een Roland-pedaal (zonder polariteitsschakelaar)
gebruikt, kiest u de “STD”-instelling.
HOLD PEDAL
Polarity STD, RVS
Selecteert de polariteit van het pedaal.
Afhankelijk van het pedaalmodel kan het resultaat
van het indrukken of loslaten van het pedaal het
tegenovergestelde eect hebben van wat u verwacht.
Als dit het geval is, drukt u op de “RVS”-instelling. Als
u een Roland-pedaal (zonder polariteitsschakelaar)
gebruikt, kiest u de “STD”-instelling.
Cont Hold OFF, ON
Als dit op ON staat, zal de HOLD-aansluiting de half-
pedaaltechniek ondersteunen.
WHEEL1
WHEEL2
Asgn Src
SYSTEM,
PROGRAM
Geeft op of de functie die door het wieltje wordt
bediend, bepaald wordt door de systeeminstelling
(SYSTEM) of door de instellingen van het programma
(PROGRAM).
Asgn
OFF Er is geen functie toegewezen.
CC Controllernummer 1–31, 33–95
BEND
Als u het wieltje naar boven verplaatst, verhoogt de
toonhoogte en als u dit naar beneden verplaatst,
verlaagt de toonhoogte.
Als het wieltje in het midden staat, wijzigt de
toonhoogte niet.
BEND-
DOWN
Hetzelfde eect als wanneer de hendel van de
toonverbuiging naar links wordt verplaatst.
BEND-UP
Hetzelfde eect als wanneer de hendel van de
toonverbuiging naar rechts wordt verplaatst.
AFT Aftertouch
Dest
PART-Select,
PART-On
Geeft op of de partij waarop het eect is toegepast,
bepaald wordt door de PART Select-instelling of door
de PART On-instelling.